De verhoogde spiegels van de bijnierschorshormonen bij depressie remmen de dopamineafgifte in het ventrale pallidum en voorkomen zo waarschijnlijk ieder gevoel van plezier. Daarentegen is de afwezigheid van ieder plezierig gevoel een kenmerk van depressie, en je ziet het ook bij schizofrenie, autisme en verslaving. Er zijn vele chemische boodschappers betrokken bij verschillende plezierige gevoelens. Het belonende dopaminesysteem is betrokken bij de voorpret, de motivatie en attentie in relatie tot genot. Het stresshormoon cortisol remt dit systeem bij depressies, waardoor je geen plezier meer kunt voelen.
Cocaïne zorgt ervoor dat dopamine langer beschikbaar blijft voor de hersencellen waarop deze chemische boodschapper werkt. Ook opiaatachtige chemische boodschappers die de hersenen zelf maken zijn betrokken bij het geluksgevoel. Bij verliefdheid, het orgasme, paarvorming en moederliefde zijn oxytosine en vassopressine betrokken. Deficiënties in de laatste twee boodschappers zijn gevonden bij autisme. De hypothalamus is noodzakelijk voor verliefdheid, moederliefde en paarvorming. De andere hersengebieden die activiteitsverandering laten zien bij plezier of geluk zijn niet noodzakelijk voor het plezierige gevoel, maar wel voor hieraan gekoppelde processen zoals leren, geheugen, beslissen of gedragseffecten. De prefrontale hersenschors is niet het plezier genererend centrum.
Schizofrenie
Er worden bij schizofrenie twee soorten symptomen onderscheiden. In de eerste plaats zijn er positieve symptomen. Dit zijn verschijnselen die wij normaal niet hebben, zoals wanen en hallucinaties. Mensen kunnen tijdens een psychoses beelden zien of stemmen horen die als volkomen echt worden ervaren. Met hersenscans is te zien dat de hersengebieden die normaal de informatie van stemmen en beelden verwerken, tijdens die hallucinaties extra actief zijn; ze ontstaan in dezelfde hersengebieden waar de prikkels uit de buitenwereld normaal aankomen. Andere patiënten hebben wanen. Ze denken dat ze in de gaten worden gehouden of bestuurd door geheimzinnige machten. Tijdens de hallucinaties kan men stemmen horen die een opdracht geven, waartegen door de patiënt soms gevochten wordt. Ten tweede zijn er negatieve symptomen. Dat zijn verdwenen normale eigenschappen, zoals het nemen van initiatief, het organiseren van het leven, het opruimen van de kamer en het verzorgen van zichzelf. Ook is er sprake van vlakke emoties en cognitieve achteruitgang. (cognitief: het kennen betreffende) De negatieve symptomen vinden hun oorsprong in een verminderde activiteit van de prefrontale cortex. Schizofrenie komt meer voor bij mannen en het beloop is milder bij vrouwen. Jongeren gaan een a twee jaar voor hun eerste psychose vaak eigenaardig wantrouwig gedrag vertonen, ze gaan drugs gebruiken, lopen vast in hun studie en raken in een isolement. Het isolement kan de ziekte doen verergeren. Er is een piek in het optreden van een eerste psychose rond het 20e jaar. Bij vrouwen is er een tweede piekje rond het moment van de menopauze. De wisselende hormoonspiegels tijdens de pubertijd en de menopauze lokken het ziekteproces uit, hoewel het in aanleg al in de baarmoeder ontstond. Vrouwelijke hormonen verminderen de negatieve symptomen van schizofrenie als ze samen met de standaardgeneesmiddelen gegeven worden. Schizofrenie is een vroege hersenontwikkelingsstoornis die veroorzaakt wordt door een combinatie van factoren. Uit familie- en tweelingenonderzoek blijkt dat erfelijke factoren voor zo’n 80% verantwoordelijk zijn voor het ontstaan van schizofrenie. Maar het zijn allemaal kleine veranderingen in genen die te maken hebben met de hersenontwikkeling of met de productie en afbraak van chemische boodschappers in de hersenen.
Ook de hersenen van schizofrene patiënten laten zien dat er sprake is van een vroege ontwikkelingsstoornis. In de hippocampus ligt een hoog percentage van de hersencellen kriskras door elkaar. Dit kan alleen maar gedurende de eerste helft van de zwangerschap ontstaan zijn. Er zijn bij schizofenie ook abnormale patronen van hersenwindingen gevonden en celgroepjes die niet op de juiste plaats in de hersenschors terecht zijn gekomen. Ook die moeten zijn ontstaan tijdens de vroege ontwikkeling.
Te veel van de chemische boodschapper dopamine in de hersenen is de uiteindelijke oorzaak van een delier. Er bestaan vele kleine variaties, polymorfismen in het DNA van het gen dat het eiwit maakt dat de boodschap van dopamine opvangt in de hersencellen. En die kleine variaties kunnen je meer of minder vatbaar maken voor een delier.
Psychiatrische patiënten horen vooral stemmen met bedreigende, negatieve boodschappen. Geen wonder dat je van zulke stemmen paranoide en psychotisch kunt worden. Functionele hersenscanning laat zien dat bij gezonde stemmenhoorders de activatie van de hersengebieden niet veel anders is dan bij patienten met een psychose. In beide gevallen wordt het gebied van Broca voor de taalproductie en het gebied van Wernicke voor luisteren, verwerken en begrijpen van taal geactiveerd. Ook wordt in beide situaties de primaire gehoorschors geactiveerd. Bij mensen die nare stemmen horen is vooral de rechter hemisfeer actiever dan bij mensen die dat fenomeen niet kenen. (hemisfeer: half rond, halve bol)
Reukhallucinaties
De uncus ligt voor in de slaapkwab (temporaalkwab) van de hersenen over de amygdala heen en is betrokken bij de reuk.
Neurotransmitters zijn de signaalstoffen van de hersenen. Deze stoffen worden afgescheiden door de zenuwcellen (neuronen ) die via lange uitlopers met elkaar in verbinding staan. De ruimte tussen de uitloper van een cel en de doelcel heet synaps. De neurotransmitters worden uitgescheiden in deze synaps en binden vervolgens aan specifieke receptoren op de doelcel. Op deze manier wordt het signaal doorgegeven van de ene cel op de andere. Twee belangrijke neurotransmitters zijn dopamine en serotonine. Dopamine is vooral van belang bij beweging ,motivatie, aandacht en beloningsmechanismen en serotonine speelt een rol bij de regulatie van slaap, seksueel gedrag, eetlust, temperatuur, stress, de stemming en het geheugen. Ook is gevonden dat deze neurotransmitters betrokken zijn bij het ontstaan en de behandeling van psychiatrische en neurologische ziektebeelden zoals depressie, angst, schizofrenie, verslaving en de ziekte van Parkinson. Er is gevonden dat er een verband bestaat tussen biologische eigenschappen zoals het aantal receptoren of de activiteit in een bepaald hersengebied en emoties, zoals angst, depressie of euforie. Ook zijn er relaties gevonden met mentale processen zoals geheugen een aandacht.
PET (Positron Emission tomography) heeft informatie opgeleverd over verstoringen in neurotransmitterafgifte bij psychiatrische patiënten. Studies hebben ondermeer verstoringen in de dopamine-afgifte aangetoond bij schizofrenie en verslaving. Er zou bijv. onderzocht kunnen worden of er bij depressie inderdaad sprake is van een verminderde afgifte van serotonine, een hypothese waar tot nu toe alleen indirecte aanwijzingen voor bestaan.
De postsynaptische effecten treden op zodra de neurotransmitter aan een receptor bindt. Deze binding kan bijv. leiden tot een toename of afname in de activiteit van de doelcel. Omdat de cellen in de hersenen met elkaar in verbinding staan, kan deze binding uiteindelijk leiden tot veranderingen in de activiteit van een heel netwerk van hersengebieden. Met behulp van PET kunnen deze veranderingen in hersenactiviteit worden gemeten. De verandering in doorbloeding in een bepaald gebied wordt gezien als een maat voor de locale hersenactiviteit. Er is gebleken dat cognitieve taken ( voor het meten van mentale processen) of emoties leiden tot een toe- of afname van de activiteit in specifieke hersengebieden. Vooral bij meer complexe mentale functies of emoties zijn vaak meerdere gebieden betrokken. Vaak wordt de functie van specifieke hersengebieden mede bepaald door de interactie met andere gebieden. Bij patiënten met psychiatrische of neurologische aandoeningen zijn regelmatige afwijkingen gevonden in dergelijke activatiepatronen.
Dopamine: psychotische ervaringen
Serotonine: stemming, impulsief gedrag
Acetylcholine: geheugen
Noradrenaline: stress
Oxytocine: liefdeshormoon, knuffelstofje
Endorfine: sturen van berichten over de pijnsensatie naar andere delen van de hersenen
Tips:
Vul je vocht aan,
Visualiseer je succes,
Schouders laag,
Leef in het nu, oefen het genieten van het heden,
Betere besluiten,
Energieker met tijd voor jezelf, 10 minuten per dag is genoeg,
Geluk is een keuze, je kunt ervoor kiezen gelukkig te zijn door je te richten op alles waar je dankbaar voor bent, schrijf positieve dingen op, train je dankbaarheid, psychologie die zich richt op het bereiken van welzijn, geluk, bloei en positieve ontwikkeling in het algemeen,
Meer eigenwaarde krijgen,
Ruim op in je huis en in jezelf,
Mindfulness remt depressie,
Mediteer, voorbereiding, sporten, eten, natuur, hobby,
Tegen stress en depressie: naar buiten gaan